de uren zijn te krap bemeten
toch sta ik even stil
hoewel even tussen haakjes
wat langer stilstaan betreft
een mijmering als kabbelend water, klater vers gelijk met kloppend hart bij bonen staken opgelucht ademhalen. Iets wat heel gebruikelijk is.
Er is geen vraat te bespeuren, alles laat het achterwege om mij tot hinder te zijn. De rode kool schiet ongemoeid de grond uit zonder duiven. Naakt slakken weten nauwelijks nog hoe smakelijk voorjaar de bonen smaakten. En woelmuizen, ja god die zijn in geen veld of wegen meer te bespeuren, geen vuil woord wordt besteed aan peulen eten.
Ik sta versteld over zoveel zegeningen dit jaar. Warm, windje en wolkje op zijn plaats. Meer blauw dan mijn enkele pigmentkorrel kan verdragen. Ik kleur gelijk de scherpe boterbloem vlijmscherp geel de bermen drapeert langs herewegen, valt bij mij te overwegen om de zonnebrand olie op te zoeken.
Spaarzaam goed is alles overdadig eind april en begin mei. Waar vorig jaar de boer nog stof ploegde op verzengende akkers, prijk nu tot aan de horizon de schreeuwkleurige fantasieën van het tulpenveld.
Onnatuurlijk is het niet te noemen, want ook een uienveld is in haar rokken niet van deze bollen te onderscheiden in het begin. Oh ja natuurlijk ik dwaal af, zoals wandelend altijd het geval met niets plannen waar het allemaal naar toe gaat in de dichtbijziende toekomst. EEn plassengebied, de oostvaardersplassen bijvoorbeeld zijn eng begrensd. De natuur wordt altijd sprookjesachtig voorgeschoteld. Maar langs de waan van deze werkelijkheid zie dat het feitelijk een groot warmoescomplex is. Waar koeien en andere kopschuwen dienst doen met wat op een moestuinvereniging gewoon grasmaaier heet. Een nuance verschil meer niet. Vandaar dit alternatieve sfeerbeeld van de eindigheid der dingen:
Alle het nieuwe begin kent ook haar einde
afgerasterde werkelijkheid in het beteugelen
dat de oorsprong gewoon achter heras ligt
gespannen met scherp uitstekende gezichtseinden
besloot tot slot de dag de wandeling in de natuur.
Maar goed dat in bewerking genomen land ook goud op snee kan heten.
Schoonheid vertaalt zich zelden in simpel heden is hier bij te verstaan. Ja ik dwaalde verder en kwam langs een andersoortige grondgebruiker, de een heet staatbosbeheer en predikt autonoom proces en goede voorwaarden aanleggen voor natuurlijke processen want dan komt de rest vanzelf. De ander heet boer, oeps agrariër, die doet het zelfde maar op andere schaal , conditioneren van de bodem heet het natuurlijk randvoorwaarden voor gewassen dan. Of zoiets uiteraard.